Tag archief: zelfvertrouwen

Meer resultaat met minder moeite

afvallen dieet afslanken lijnen hormonen hormoonfactorMisschien heb je wel eens gehoord van de 80/20 regel. Die houdt in dat je vaak met 20% van je energie 80% van je resultaat haalt. Daarna kun je nog heel veel extra energie eraan besteden om je resultaat van 80% naar 100% te brengen, maar de vraag is of je dat wilt! Je zou immers ook al die energie aan iets anders kunnen besteden. Of hem kunnen bewaren voor leuke dingen.

Een praktisch voorbeeld. Stel dat je hebt gehoord dat koolhydraten slecht zijn en dat je die niet moet eten. Dat is een hype op het moment en er zijn allerlei eiwitrijke en koolhydraatarme diëten in omloop. Als je die probeert te volgen, wordt je leven waarschijnlijk best ingewikkeld. We zijn nu eenmaal een land van broodeters en brood is een koolhydraatproduct.

Stel nu dat iemand die Roos heet, de 80/20 regel loslaat op dit onderwerp. Roos wil gezond eten op een manier die ze goed kan volhouden en daarbij gebruik maken van het idee dat je minder koolhydraten kunt eten en meer eiwitten. De koolhydraten met de grootste negatieve effecten op je gewicht en gezondheid zijn de snelle suikers. Dus in plaats van alle koolhydraten uit haar eten te bannen, wat erg bewerkelijk is, kiest ze bij haar maaltijden zo vaak mogelijk volkoren producten en dingen zonder suiker erin.

Daarnaast merkt ze op dat haar lunch een maaltijd is met veel koolhydraten en weinig eiwitten. Na zo’n lunch wordt ze vaak suf en ze heeft snel weer trek. Ze besluit haar boterham met hagelslag weg te laten en daarvoor in de plaats een bakje yoghurt met muesli en noten te eten en wat extra rauwkost. Daar blijkt ze zich prima bij te voelen.

Grote kans dat Roos hierdoor minstens zoveel resultaat haalt (ook bij het afvallen) als wanneer ze een strikt koolhydraatarm dieet was gaan volgen. Ze heeft namelijk ook minder stress omdat ze nergens dingen hoeft af te slaan ‘omdat ze die niet mag’ en niet met shakes en maaltijdrepen in de weer hoeft. En zonder stress val je veel beter af. Nog afgezien van de energie die je overhoudt, waardoor bewegen ook makkelijker is. Al met al is deze aanpak veel makkelijker vol te houden, dus haar resultaten zijn ook blijvend.

Heb je zelf ook een hele lijst met dingen die je wilt doen of laten om af te vallen? Kies daar eens een of twee dingen uit die het meest effectief zijn en laat de rest voorlopig zitten. Daarmee maak je de kans groter dat je je focus kunt houden en je verspilt geen energie. Uiteindelijk is je doel om rust te krijgen in je lichaam en je hoofd, niet om overbelast te raken door al je plannen om jezelf te verbeteren.

Moet je alles veranderen wat je niet bevalt?

Stel dat iemand vaak het gevoel heeft dat alles hem ‘overkomt’. Dan zullen er mensen zijn die hem vertellen dat je een eigen keuze hebt en dingen kunt beïnvloeden. In onze westerse samenleving is dat iets wat de meeste mensen sterk geloven: dingen zijn maakbaar. Als iets je niet bevalt, moet je je dus inspannen voor verbetering.

Nu kun je hier ook in doorschieten en alles wat je niet bevalt, meteen willen veranderen. Ruzie met iemand? Dat moet meteen uitgepraat. Een paar kilo erbij gekregen? Die moet je er direct weer afvechten. Je partner, kind of collega heeft rommel gemaakt? Dan moet hij dat gauw weer opruimen. Voel je je onrustig? Dat gevoel moet weg, dus je moet in actie komen. Enzovoort.

Heb je een ‘westers’ wereldbeeld, dan bestaat de kans dat je denkt: “Ja, dat is toch ook zo? Lijdzaam afwachten en je ergeren is toch ook niet goed?” Nee, waarschijnlijk word je daar niet gelukkig van. Maar er is ook een meer ‘oosterse’ insteek die je iets kan opleveren. Die gaat ervan uit dat dat je je moet ‘verhouden tot wat er is’. Wat je je hierbij zou kunnen voorstellen is: eerst accepteren dat er een bepaalde situatie is en kijken wat die situatie voor jou betekent. Het zou kunnen dat je ook in actie komt, maar wie weet ervaar je ook gewoon wat er gebeurt, zonder te sturen.

Het ene wereldbeeld is niet beter of slechter dan het andere. Wel kan het nuttig zijn om te beseffen dat jouw wereldbeeld niet het enige is dat er bestaat. Een voorbeeld. Persoon X vindt zichzelf te zwaar en gaat streng lijnen: hij eet weinig en beweegt veel. Dat zou moeten werken! Over een maand wil hij tien kilo kwijt zijn. Maar dat lukt om de een of andere reden niet. Hij valt in de eerste week twee kilo af, in de tweede week een kilo en daarna niets meer. Hij gaat ervan uit dat alles maakbaar is, dus gaat hij nog minder eten, een ander dieetboek kopen, vaker sporten – maar het blijkt weer niet te helpen. Hij raakt steeds gefrustreerder.

Stel nu dat hij het ‘oosterse’ wereldbeeld er eens bij haalt en eerst zijn frustratie eens goed laat doordringen. Hij vindt zichzelf te zwaar. Hij heeft er niet voor gekozen om te zwaar te worden en vindt het niet leuk. Waarschijnlijk heeft hij leefgewoontes die hiertoe geleid hebben. Hij weet niet zeker wat hij wel en niet goed doet. Hij beseft dat hij het idee heeft dat hij door zijn gewicht te weinig energie heeft en minder aantrekkelijk is. Dat vindt hij jammer. Hij zou graag ontspannen zijn en aantrekkelijk gezelschap. Dan beseft hij ineens dat het strenge lijnen van de afgelopen weken hem juist niet ontspannen en aantrekkelijk heeft gemaakt. Hij keek alleen maar naar calorieën en naar de weegschaal en had nauwelijks oprechte aandacht voor andere mensen.

Door niet meteen in actie te komen en even stil te staan bij de situatie, komen er dus allerlei nieuwe inzichten op. Het kan zijn dat je nu denkt: “Maar daarmee is het probleem toch niet opgelost!”
Dan zit je weer in het westerse wereldbeeld: er is een probleem en dat moet nu worden opgelost dus er moet actie komen.
Wie weet is het leuk om dat nog even los te laten en te kijken wat er gebeurt als je niet meteen in actie komt, maar wel met je aandacht bij het probleem blijft. Als je met je oude, oplossingsgerichte aanpak toch niet verder komt, wat heb je dan te verliezen? ;-)

Stiekem eten

Eet of snoep je het liefst als er niemand bij is? Dan ben je niet de enige. Ik hoor het vooral van vrouwen, maar er zijn vast ook mannen die het herkennen. Soms is het letterlijk zo dat iemand zit te wachten tot zijn echtgenoot/vriend(in)/collega de deur uitgaat of tot de kinderen eindelijk in bed liggen, zodat hij naar de kast kan rennen om het lekkers te voorschijn te halen.

Zo’n patroon heeft natuurlijk gevolgen. Misschien voor je gewicht, je eetritme of je gezondheid, als dit vaak gebeurt en je per keer ook veel eet of snoept. Maar belangrijker nog: het verandert je kijk op jezelf. Iets stiekem doen, betekent meestal dat je vindt dat het gedrag niet door de beugel kan. Daarom mag de ander het niet zien. Je wilt bijvoorbeeld niet zwak of ongedisciplineerd lijken. En een rol koekjes wegeten vind je wel zwak. Zeker als je hebt gezegd dat je op je lijn wilde letten.

Maar je doet het toch, dus nu heb je twee redenen om je te schamen: je houdt je niet aan je eigen beloftes én je bent oneerlijk. Dit kan je veel vertrouwen in jezelf kosten. Wie wil er nou in zee gaan met iemand die oneerlijk is en zich niet aan afspraken houdt? Je gaat jezelf zien als een onbetrouwbaar mens. Dat kan een hoop onrust geven… en die ga je misschien wel wegeten als er niemand kijkt. Een vicieuze cirkel, waar je in vastloopt!

Zo’n patroon doorbreek je niet een-twee-drie. Wellicht helpt het al een beetje om het patroon te zien. Besef dat je geen onbetrouwbaar mens bent, je bent alleen vastgelopen. Juist dat je een goed karakter hebt, maakt dat je baalt van je eigen gedrag. Vergeef jezelf dat je niet perfect bent, dan krijg je meer energie en vertrouwen om iets te veranderen.

En dan is de vraag: waar kwam de drang om te snoepen of extra te eten eigenlijk vandaan? Misschien eet je overdag te weinig, zodat je ’s avonds de schade probeert in te halen. Je hebt te weinig dingen die je leuk vindt, zodat je jezelf via het eten een cadeautje probeert te geven. Of je bent over bepaalde dingen ontevreden en probeert de onrust die dat geeft, weg te eten. Wie weet zijn er zelfs verschillende knelpunten, die jou samen richting de kast sturen om te kijken wat erin ligt.

Ga eens op onderzoek uit! Wil je er hulp bij, dan vind je die bij ons in de vorm van de persoonlijke analyse.

Mogelijkheden en beperkingen

Wij mensen willen het liefst dat we op elk moment van de dag en in elke fase van ons leven alles aankunnen. Alle taken die op ons pad komen, alle confrontaties, alle leuke dingen…
Gelukkig kunnen we helemaal niet alles altijd aan. Het zou enorm saai worden als iedereen altijd alles kon, want dan was niets ooit nog bijzonder.

Maar wat nu als je jezelf blijft voorhouden dat je alles moet aankunnen? Dan ga je tegen een aantal dingen aanlopen. Bijvoorbeeld dat de energie van mensen wisselt door de dag heen. Dat is gewoon door hormonen geregeld; je hebt een dagritme. Verwacht je op elk moment van de dag piekprestaties van jezelf, dan ontregel je je lichaam en put je jezelf uit. Het gevolg: je kunt steeds minder hebben (wat je dan weer helemaal niet kunt hebben van jezelf :-) ).

Verder veranderen er dingen in een mensenleven. Misschien verhuis je naar een plaats waar je nog niet zo goed de weg weet of weinig mensen kent. Je krijgt een kindje. Je gaat een studie doen. Er vallen mensen weg, je ontmoet nieuwe mensen. Misschien word je wel ziek of moet je herstellen van ziekte. Je wordt ouder, waardoor je lichaam en geest langzaam veranderen. Van jezelf verwachten dat je onder al die omstandigheden alle ‘oude’ dingen blijft kunnen (en liefst nog een beetje meer!), zorgt ervoor dat je jezelf overvraagt. Je verliest waarschijnlijk je plezier en je voldoening in de dingen die je doet.

En waarom eigenlijk? Omdat je denkt dat je niet goed genoeg bent als je iets niet doet of niet goed kan? Of omdat andere mensen je dan niet aardig meer zullen vinden? De leukste en indrukwekkendste mensen, zijn degenen die hun eigen zwaktes accepteren en er goed mee om kunnen gaan. Ook leuk voor anderen: kunnen die ook eens iets voor jou doen, wat je zelf niet kan. Dat geeft hen trots en voldoening, zeker als jij er dankbaar voor bent (in plaats van bezig te zijn met je eigen gevoel van tekortschieten).

Hardnekkige gewoontes

Een vriend van mij vertelde een tijdje geleden dat hij in Engeland was geweest. Hij had daar ook auto gereden. De eerste keren dat hij naar een andere versnelling wilde schakelen, had hij keihard met zijn rechterhand tegen de autodeur geslagen. Want als je links rijdt in een Engelse auto, zit je aan de andere kant en dan moet je dus met links schakelen! Je moet vooral niet je rechterhand automatisch opzij bewegen, want daar zit een autodeur.

Ik vond het wel een goed verhaal. En een leuk voorbeeld van hoeveel automatische handelingen wij mensen in ons systeem hebben zitten. Als je die wilt veranderen, moet je oefenen. Soms heel lang oefenen! Dat hou je beter vol als je goed weet waar je het voor doet. Wat levert je nieuwe gedrag je op? Als dat de moeite waard is, is het bijna leuk om er stevig voor te moeten oefenen en een beetje af te zien. Dat geeft het leven kleur.

Levenslessen zitten niet altijd in een klein hoekje

Gisteren was Marleen jarig. En Marleen is degene van de uitspraak ‘Het leven is een feest, maar je moet zelf de slingers ophangen’, dus die verzint altijd iets leuks om haar verjaardag te vieren. Deze keer gingen we met zijn twintigen lasergamen.

Ik had dat nog nooit gedaan. Voor degenen die het ook nog nooit gedaan hebben: bij lasergamen zijn er twee teams. Je krijgt een soort harnasje met lichtjes in de kleur van jouw team. Beide teams gaan een ruimte in waar het vrij donker is, met allerlei gangen en nissen. Als je op de lampjes van een tegenstander weet te schieten, krijg je punten. Schiet een tegenstander raak op jou, dan verlies je punten en krijgt de tegenstander punten.

Nu zijn er drie emoties die mensen moeilijk kunnen vinden: boosheid, verdriet en angst. De ene emotie vind je waarschijnlijk lastiger dan de andere. Bij mij is angst de vervelendste. Ik kan er dus helemaal niet tegen op opgejaagd te worden. :-) Maar… ik hou ook van spelletjes. Bij het binnengaan van de donkere ruimte had ik dus het hoogste adrenalineniveau van het afgelopen jaar, maar ik vond het wel leuk.

Mijn uitgangspunt was dat ik niet geraakt moest worden. Dus ik verstopte me zo goed mogelijk achter wandjes en probeerde vanuit mijn schuilplaats tegenstanders te raken. Dat ging niet onaardig, vond ik zelf. Na 20 minuten was het spel afgelopen en gingen we terug naar de startruimte. Het bleek dat ik vijftig punten had! Hoera!

Alleen bleek de winnaar er 6275 te hebben. Oeps. Ik was drie na laatste en mijn team had jammerlijk verloren. :-)
Toen keek ik naar de overzichtjes van wie er hoevaak raak had geschoten en wie er hoe vaak was geschoten, en ik kwam tot een interessante conclusie: geschoten worden kostte wel punten, maar raak schieten leverde veel meer punten op!

Gelukkig kwam er nog een tweede spel. Ik ben de donkere ruimte ingerend met het voornemen om overal gewoon op af te stormen en te gaan schieten, zonder enige strategie (had ik al verteld dat ik a. nachtblind ben en b. geen enkel richtingsgevoel heb?). Daar heb ik me twintig minuten uitstekend mee vermaakt. Ik ben talloze keren geraakt en heb me daar niets van aangetrokken.

Het spel werd er niet alleen maar leuker van, maar bij de uitslag bleek ook dat ik tweede was geworden met 4075 punten.

Waarop ik, drijfnat van het zweet en buiten adem maar weer eens een oude levensles bevestigd zag:
Als je je gewoon in de strijd gooit en initiatief neemt, levert dat vaak veel meer op dan als je afwachtend in een hoekje gaat zitten en voorzichtig bent. Je wordt wat vaker geraakt, maar meestal overleef je dat gewoon. En het wordt er in ieder geval leuker van.

P.S. Ik kan lasergamen of iets anders actiefs doen op een verjaardag erg aanbevelen. En je hoeft die dag ook niet meer naar de sportschool. Bij thuiskomst was ik weer een beetje opgedroogd, maar al mijn kleren zitten nu in de was. :-)

Waarom je beter jezelf kunt zijn

Ernaar streven dat je alles kunt, heeft zo zijn nadelen. Proberen hetzelfde te zijn als anderen ook. Ik heb een mooi verhaaltje gevonden ter illustratie. Het heet ‘The animal school’ en is van een pedagoog die R.H. Reeves heet. Hier volgt mijn vertaling.

De Dierenschool – Dr. R.H. Reeves

Ooit besloten de dieren dat ze iets heldhaftigs moesten doen om de problemen van de moderne tijd aan te kunnen. Ze richtten eens school op. Op het programma stonden de activiteiten rennen, klimmen, zwemmen en vliegen. Om het administratief een beetje overzichtelijk te houden, moesten alle dieren alle vakken volgen.

De eend was uitmuntend in zwemmen, beter dan zijn docent zelfs, en haalde goede cijfers voor vliegen, maar hij was erg slecht in rennen. Omdat hij daarbij achterliep, moest hij nablijven en het vak zwemmen laten vallen om meer met rennen bezig te zijn. Hiermee gingen ze door totdat zijn zwemvliezen beschadigd waren en hij niet verder kwam dan ‘gemiddeld’ bij het zwemmen. Maar ‘gemiddeld’ was acceptabel voor de school, dus niemand maakte zich er zorgen over (behalve de eend).

Het konijn startte als beste van de klas met rennen, maar hij stortte in omdat hij zoveel moest bijleren bij het zwemmen.

De eekhoorn kon geweldig klimmen tot hij gefrustreerd raakte bij de vlieglessen, waar zijn docent hem op de grond liet starten in plaats van in de boom. Hij kreeg ook kramp in bepaalde spieren die overbelast raakten. Voor klimmen kreeg hij uiteindelijk een vijf en voor rennen een drie.

De arend was een probleemgeval, dat streng aangepakt moest worden. In de klimklas versloeg hij alle anderen op weg naar de top van de boom, maar hij hield almaar vast aan zijn eigen methode om daar te komen.

Aan het eind van het jaar kreeg een vreemdsoortige aal het beste rapport. Hij kon erg goed zwemmen en ook een beetje rennen, klimmen en vliegen.

De prairiehonden gingen niet naar de school en wilden ook geen belasting betalen, omdat de schoolleiding graven en begraven niet aan de lesstof wilden toevoegen. Ze vertrouwden het onderwijs van hun kinderen toe aan de das. Later vormden ze een succesvolle priveschool samen met de bosmarmotten en de stokstaartjes.