Tag archief: stress afvallen overgewicht lijnen cortisol buikvet

Boekbeoordeling: Het geheim van slanke mensen

Cover Het geheim van slanke mensen - Mieke KostersBoektitel: Het geheim van slanke mensen

Ondertitel: Elke dag chocola, 12 kilo eraf

Auteur(s): Mieke Kosters

Beoordeling van Meijke van Herwijnen

Samenvatting

‘Het geheim van slanken mensen’ presenteert een zes stappenplan om slank te worden en te blijven en geeft 31 themamenu’s met 1.200, 1.500 of 1.800 kcal, bijvoorbeeld chipsdag, lekker veel brooddag, chocoladedag en compensatiedag. De zes stappen zijn:

  1. Bepaal wat je wilt bereiken: je streefgewicht en het gevoel dat je wilt hebben.
  2. Maak een geschikt basiseetpatroon voor jezelf: kies gezonde producten die je lekker vindt en plan je eten goed.
  3. Leer omgaan met lastige situaties: koppel andere gedachten aan een situatie zodat je er anders op reageert.
  4. Zorg goed voor jezelf: beweeg, neem tijd voor jezelf, maak contact met anderen, zorg voor activiteiten die je energie geven en denk aan je persoonlijke verzorging.
  5. Voorkom teveel eten: maak niet teveel klaar, stop als je genoeg hebt, koop minder lekkers, plan vooraf wat je eet bij bijzondere gelegenheden en ga niet in de buurt van lekker eten zitten of staan.
  6. Blijf slank: zorg dat je blijft letten op punt 1 t/m 5.

Bestel dit boek bij een internetboekhandel

Achtergrond van de auteurs

Mieke Kosters heeft een achtergrond in de marketingcommunicatie. Ze heeft een opleiding tot gewichtsconsulent gevolgd en haar methode gebaseerd op haar eigen ervaringen. Daarnaast heeft ze samengewerkt met psycholoog Anne de Jong voor het aanscherpen van de theorie achter haar methode.

Schrijfstijl

Vlot, de lezer wordt persoonlijk aangesproken.

Welke positieve dingen biedt het boek?

  • Het uitgangspunt is: alles mag, maar wat wil je? Dat helpt je om verantwoordelijkheid te nemen en je in te zetten voor je eigen doel (gewichtsafname en een prettige situatie voor jezelf).
  • Je krijgt het advies om de calorieruimte die je hebt, in te vullen met dingen die je lekker vindt en dus bij jezelf te laten passen. De menu’s met luchtige thema’s onderstrepen dit.
  • Je krijgt tips voor een gezond basiseetpatroon.
  • Er is volop aandacht voor de vaardigheden en vermogens die bepalen of je je gezonde gewoontes kunt volhouden.
  • Veel excuses en smoesjes om verkeerde keuzes te maken, worden bij voorbaat al ‘ontmanteld’.
  • De stappen in het boek bevatten veel waarheden en inzichten over het omgaan met eten, omgaan met jezelf en keuzes maken.

Wat zijn de beperkingen?

  • Het boek is sterk gebaseerd op bewuste keuzes maken. Mensen hebben echter maar zo’n 5% van de tijd de ruimte om bewuste keuzes te maken. De rest van de tijd doen ze dingen automatisch. Daarnaast maakt onze omgeving meestal de ongezonde keuzes aantrekkelijk. Het idee ‘Je hebt een keuze’ blijft dus niet altijd overeind.
  • Het uitgangspunt dat je minder calorieen binnen moet krijgen dan je verbruikt, is logisch bij afvallen. Eén van de eerste dingen die in het boek staan over dit onderwerp, is dat je om een kilo per week af te vallen, ongeveer 1.000 kcal minder moet eten dan je verbruikt. Zo’n stap betekent bij de meeste mensen dat ze aan een crashdieet beginnen. Hoewel er een uitleg staat dat te weinig calorieën nemen niet goed is, blijft het boek werken met het idee dat je een kilo per week gaat afvallen. De genoemde pagina op de website waar je je ideale calorie-inname zou kunnen berekenen, bestaat niet meer.
  • Zoals bij elk dieet met gevarieerde menu’s, moet je je maaltijden goed plannen en energie steken in je voeding. Dat vinden veel mensen lastig. Dat is juist het probleem.
  • Het idee van ‘eet wat je lekker vindt’ en ‘eet elke dag chocola’ ligt wel wat genuanceerder, want het is niet de bedoeling dat je elke dag de ‘chocoladedag’ kiest en de basis van je menu moet gewoon bestaan uit fruit, groente, zuivel en vezelrijke producten. Je moet dus consequent gezond en matig eten.
  • In de voorbeeldmenu’s van 1.200 kcal wordt meestal zo’n 300 tot 500 kcal opgebruikt aan ‘lekkers’. Er blijft daardoor (te) weinig ‘calorieruimte’ over om door de dag heen voldoende voedzaam eten te nemen.
  • De zes stappen zijn eigenlijk bundelingen van allerlei input over gedrag en denken. Het kan lastig zijn om alle lijstjes en concepten te verwerken in je hoofd. De pagina’s ‘Kom in actie’ kunnen overigens helpen om wel bezig te blijven.

Wanneer heb je waarschijnlijk iets aan dit boek?

  • Als je het idee hebt dat afvallen synoniem is aan lijnen en afzien en daardoor niet meer gemotiveerd bent om iets te veranderen.
  • Als je op zoek bent naar inspiratie om anders te gaan denken bij het afvallen.
  • Als je het idee hebt dat er slanke en dikke mensen zijn en jij gewoon de pech hebt dat je bij de dikke mensen hoort.

Wanneer waarschijnlijk niet?

  • Als je vaste weekmenu’s zoekt die je kunt volgen.
  • Als je een theorie wilt over hoe je moet eten om af te vallen, niet over hoe je moet denken.
  • Als je al veel aan je persoonlijke ontwikkeling hebt gedaan en nu gewoon het geduld en/of de vastberadenheid nodig hebt om je inzichten in acties om te zetten.

Bestel dit boek bij een internetboekhandel

Eten bij vermoeidheid

freeimage-3553235-webAls je moe bent, ben je vaak niet op je best. Je vindt jezelf misschien dus niet zo leuk. Als je dan ook nog gaat zitten eten terwijl je weet dat je dat beter niet kunt doen, zou het kunnen dat je dit soort dingen zegt: “Waarom doe ik dit nou!” “Ik heb ook geen ruggengraat.” “Ik weet toch dat ik dit niet moet doen.” “Sukkel.” “Doe nou niet!” “Ja hoor, daar ga ik weer.” “Het is ook hopeloos.”

Met zulke gedachten maak je jezelf almaar kleiner en minderwaardiger. En iemand die moe én een mislukkeling is, zal niet snel een gezonde keuze maken. Bovendien is je oordeel over jezelf niet geheel terecht. Het is niet handig om te gaan eten of snoepen als je moe bent, dat is waar. Maar het is wel logisch gedrag. Bij vermoeidheid krijg je meer stresshormonen in je lichaam en je cellen nemen minder goed energie op. Beide dingen zorgen voor een drang om extra te eten – het liefst calorierijke dingen.

Je eerste stap is dus om jezelf niet met verwijten te overladen. De tweede stap kan zijn om even een nieuwsgierige vraag aan jezelf te stellen: “Ik ben moe. Wat heb ik nu het meeste nodig?” Waarschijnlijk komt er dan vanzelf een antwoord in je op. Hopelijk zie je kans om datgene wat je nodig hebt vervolgens te regelen voor jezelf. Maar als dat niet zo is, scheelt het al een hoop dat je even serieus naar jezelf hebt geluisterd. En je beseft ook dat eten je vermoeidheid alleen maar zal verergeren.

(Tenzij je erachter komt dat je honger hebt natuurlijk! Dan is het tijd om iets gezonds te eten. Dat zal je vermoeidheid dan voor een deel wegnemen, of wellicht zelfs helemaal.)

Meer tips en oplossingen vind je in het boek Afvallen met meer succes, waar deze tekst ook uit komt.

Als ik niet (meer) afval, geef ik op

Met ‘geen resultaat zien’ bedoelen mensen vaak dat ze op de weegschaal niet zien dat ze zijn afgevallen. Of misschien ben je zelfs een paar ons aangekomen. Het lastige is, dat dit altijd een keer zal gebeuren. Niemand ziet zijn gewicht in een rechte lijn naar beneden gaan. Onder andere omdat je lichaam altijd naar balans zoekt: als het zou toestaan dat je aan een stuk door blijft afvallen, zou je het niet overleven.

Maar er zijn ook andere redenen dat je gewicht soms niet daalt of zelfs stijgt. Er zit bijvoorbeeld variatie in je gewicht. De ene dag houd je meer vocht vast dan de andere (bijvoorbeeld omdat je weinig gedronken hebt en je lichaam als noodmaatregel extra vocht vasthoudt) of er zit meer of minder voedsel in je darmen. Zo kan iemand na een weekend met een uitgebreid diner twee kilo zwaarder zijn – niet omdat hij er twee kilo vet bij heeft, maar omdat hij meer vocht en voedsel in zijn lichaam heeft. Bij vrouwen is er meestal extra variatie op basis van de hormooncyclus.

Door de maand heen kun je één tot drie kilo variëren in gewicht. Als je elke dag weegt, zul je dus ook de stijgingen zien. Ben je daar gevoelig voor, dan kan dat je flink ontmoedigen. Heb je gisteren zo je best gedaan, ben je twee ons aangekomen! Dat is niet eerlijk! Maar feitelijk is er maar één oplossing om zulke teleurstellingen te voorkomen: weeg minder vaak. Bijvoorbeeld maximaal eens per week op een vast moment. En kijk dan vooral naar de grote lijnen van wat er met je gewicht gebeurt, niet naar onsjes meer of minder.

Nog een goede reden daarvoor: veel personenweegschalen geven een cijfer achter de komma. Maar over het algemeen zijn ze niet nauwkeurig genoeg om betrouwbare cijfers achter de komma te geven. Als je je druk maakt omdat je een ons meer weegt dan gisteren, weeg je in werkelijkheid misschien wel een ons minder en dan maak je je dus druk om niets!

Deze tekst komt uit het boek Afvallen met meer succes. Daarin vind je nog 106 andere tips en oplossingen.

Hoe werkt afvallen eigenlijk?

freeimage-4743098-webDe meeste mensen gaan ervan uit dat afslanken betekent: ik ga minder eten en/of meer bewegen. En dan word je slank, dus voel je je beter en mooier.

Maar eigenlijk zit het net een beetje anders. Als je overgewicht hebt, kun je ervan uitgaan dat er iets uit balans is geraakt. Misschien krijg je teveel brandstof binnen, is je hormoonsysteem ontregeld geraakt (bijvoorbeeld door teveel stress, te weinig slaap of slecht eten) of draait je ‘motor’ niet goed meer. Of nog weer iets anders, of verschillende dingen tegelijk. In ieder geval is het niet de bedoeling van je lichaam geweest om moe of sloom te worden, of allemaal extra kilo’s mee te sjouwen elke dag. Er is iets misgegaan.

Wat je dus te doen staat, is de balans herstellen. En inderdaad: dat kan betekenen dat je meer gezonde dingen moet eten, zodat je lichaam de ontbrekende voedingsstoffen binnenkrijgt en jij minder honger krijgt. Of dat je meer moet bewegen, zodat je hoofd een beetje rust krijgt en je motor weer gaat draaien. Maar er kunnen ook andere dingen spelen. Of je nu je werk saai vindt, te laat naar bed gaat, niet weet hoe je nee moet zeggen tegen dingen die je niet wilt… al die dingen dragen bij aan de onbalans.

Zodra je de balans begint te herstellen, krijg je de ene beloning na de andere. Dingen worden leuker. Je krijgt meer energie. Mensen vinden je aantrekkelijker (en niet alleen uiterlijk!). Je krijgt meer zelfvertrouwen. En je verliest overtollig vet, terwijl je lichaam mooiere vormen krijgt.

Het is dus niet: door het afslanken komt de balans terug. Maar omgekeerd: als je de balans herstelt, zul je afvallen. Dat is een hele klus. Schaam je dus niet als het een keer mislukt is, of al heel vaak. Pak vandaag een verbeterpunt op dat voor jou haalbaar is en bouw stap voor stap aan je nieuwe balans. Het voordeel is, dat je dan niet in september, januari of april weer aan een nieuw dieet hoeft te beginnen dat ook weer mislukt. Je bouwt almaar verder aan je gezonde lichaam en aan een mooi leven.

Oplossing voor het tussendoortjes-probleem

ist1_2989015_banana_2Ik hoor wel eens dat het goed lukt om drie gezonde maaltijden te regelen, maar dat mensen die tussendoortjes zo lastig vinden. Wat moet je dan eten? “Een stuk ontbijtkoek, een eierkoek, een evergreen, een sultana, een appel… maar verder? Al die koeken schijnen niet goed zo gezond te zijn als ze lijken. En van een appel gaat mijn honger niet weg.”

Wellicht heb je maar één inzicht nodig om dit probleem op te lossen:

De honger die je voelt op ’tussendoortjes-tijd’ is precies dezelfde honger als op ‘maaltijd-tijd’.

Het is hetzelfde signaal; je lichaam heeft dus precies dezelfde dingen nodig. Je kunt als tussendoortje eten wat je tijdens een maaltijd ook zou eten. Als je al vrij snel weer een maaltijd krijgt, wil je misschien alleen wat minder nemen. Zo red je het tot aan de maaltijd, maar verpest je je eetlust niet.

Heb jij het metabool syndroom?

Naar schatting heeft een op de vier of vijf Nederlanders het ‘Metabool syndroom’. Dat heeft volgens de definitie een aantal kenmerken, die met elkaar te maken hebben:
– relatief veel vet bij de buik
– hoge bloeddruk
– hoog gehalte serumtriglyceriden in je bloed (een vetachtige stof)
– verlaagd gehalte HDL-cholesterol in je bloed (het ‘goede’ cholesterol)
– hoge glucosegehalte in je bloed

Als je drie of meer van deze dingen hebt, heb je het metabool syndroom, ook wel syndroom X genoemd. En dat verhoogt je risico op bijvoorbeeld diabetes en hart- en vaatziektes.

Het is natuurlijk niet goed dat waarschijnlijk 1 op de 4 of 1 op de 5 Nederlanders daar een verhoogd risico voor heeft. Wat ook niet goed is, is dat alle kenmerken van het metabool syndroom aangeven dat je lichaam van slag is. Het kan bepaalde processen niet meer goed laten verlopen. Wat je je er bijvoorbeeld bij kunt voorstellen, is dat de energie die je cellen nodig hebben wel in je bloed zit, maar je cellen niet in kan door de verstoring. Daar worden je lichaam en jij erg ongelukkig van.

Als ik literatuur lees over het metabool syndroom en over diabetes, kom ik steeds twee nadrukkelijke aanbevelingen tegen: mensen moeten gezond eten en genoeg bewegen om deze problemen te voorkomen. En ik gun iedereen het vermogen om gezond eten en genoeg bewegen. Maar waarom worden toch de andere dingen steeds vergeten, die zorgen voor meer buikvet en een verstoring van je stofwisseling en je bloedwaarden?

Let op: als je te weinig slaapt en/of teveel stress hebt en/of te weinig ruimte hebt voor ontspanning, krijg je meer buikvet. Dat komt onder andere door deze twee dingen:
1. Bij stress maakt je lichaam cortisol aan, wat zorgt voor vetopslag in je buik.
2. Bij te weinig slaap en ontspanning laten je cellen niet meer goed suiker binnen. Die suiker blijft in je bloed en moet ergens anders heen. Je lichaam slaat het dan maar op als vet.

Buikvet lijkt een belangrijk startpunt voor metabool syndroom. Maar los daarvan vinden de meeste mensen het niet leuk als er allemaal vet op hun buik gaat zitten. Niet vergeten dus: zorg voor voldoende slaap en ontspanning als je dit wilt aanpakken. Als je fit en ontspannen bent, is gezond eten en genoeg bewegen ook weer makkelijker, dus dat is dubbele winst.

Niks ´elk pondje gaat door het mondje´

Misschien is het soms nodig om mensen eraan te herinneren dat eten ergens blijft als je het opeet. Dat je lichaam het eten uit elkaar haalt en alle stofjes gebruikt of bewaart (behalve gif en afvalstoffen). Maar toch vind ik het een stom gezegde: ‘Elk pondje gaat door het mondje’. Het suggereert dat mensen aankomen omdat ze teveel eten en dat dat altijd op dezelfde manier gebeurt. En dat klopt niet.

Zo kan het gebeuren dat twee mensen hetzelfde eten en dat de een dan aankomt in gewicht en de ander afvalt. Ook als die mensen even lang en even zwaar zijn en van hetzelfde geslacht. Als je bijvoorbeeld een andere stofwisseling hebt dan een ander of een ander activiteitenpatroon, ontstaan er meer of minder pondjes. Terwijl je hetzelfde in je mondje stopt.

‘Elk pondje gaat door het mondje’ lijkt ook de suggestie te doen dat het goed is om minder te eten, vooral als je te zwaar bent. Er zijn heel, heel veel mensen die elke dag proberen om weinig te eten in de hoop dat ze daar slank van zullen worden. Want als er niets door je mondje gaat, krijg je geen pondjes, toch? En dan moet je lichaam wel vet gaan afbreken, toch?

Het is al een tijdje bekend dat weinig eten vaak averechts werkt. Je lichaam raakt ervan in de stress en gaat minder verbranden. Dat maakt de lijner trager, somberder en minder fit. En het afvallen gaat niet volgens plan. Als je lichaam eindelijk zijn zin krijgt en jou weer aan het eten krijgt, kom je vervolgens heel hard weer aan.

Zojuist is weer een onderzoek gepubliceerd dat het rampzalige effect van lijnen verder laat zien. In California is aangetoond dat het lichaam meer cortisol gaat aanmaken als je gaat lijnen. Cortisol is een stresshormoon. Logisch dat je lichaam dat gaat aanmaken bij hongersnood. Maar wel heel vervelend, want cortisol zorgt dat er meer vet wordt opgeslagen in je buikholte. En laat dat nou de laatste plek zijn waar je vet wilt opslaan, want buikvet verhoogt je kans op allerlei ziektes.

Los daarvan ga je je dus gestrest voelen als je lijnt. Vandaar dat vrijwel niemand het volhoudt. Bij chronische stress krijg je namelijk zin in eten.

Niet doen dus, lijnen! Wel doen: genoeg slapen, genoeg ontspannen, genoeg water drinken, lekker blijven bewegen en iets goeds eten als je honger hebt. Het hoeft niet in een keer goed, maar elk stapje helpt. Zowel om je goed te voelen, als om een goed gewicht te krijgen.

www.wegmetdeweegschaal.nl