Tag archief: stofwisseling

Je lichaam herprogrammeren

Als je wilt afvallen, moet je lichaam anders gaan draaien. Dat heeft veel te maken met je stofwisseling en je hormoonsysteem. De meeste mensen kunnen die flink verbeteren door 3 dingen:

1. Zorg voor voldoende voedingsstoffen.

Eet op tijd. Eet als je honger hebt natuurlijke producten tot je genoeg hebt. Dan is er geen plek meer over voor rommel. Eet dus veel groente (en fruit). Vind je dat lastig, pers dan vers groentesap. Of zoek recepten om groente lekker te bereiden.

2. Geef je lichaam kans om gifstoffen af te voeren.

Drink genoeg water (of versgeperst groentesap). Slaap genoeg. Ga naar buiten. Zorg dat je niet teveel nieuwe gifstoffen binnenkrijgt (via eten, drinken, cosmetica, etc.).

3. Voorkom verstoringen door stress.

Maak je alleen druk om dingen die echt belangrijk voor je zijn. Als je stress hebt, reageer dan af zodat de stresshormonen gebruikt kunnen worden: beweeg. Slaap zoveel als je nodig hebt. Pauzeer elke paar uur door even echt iets anders te gaan doen.

Trage stofwisseling – meer gaan eten?

Wie veel heeft gelijnd, of om andere redenen periodes lang weinig voeding heeft gekregen, kan daarmee zijn stofwisseling hebben vertraagd. Dat wil zeggen dat je lichaam zuiniger aan gaat doen omdat er (te) weinig voeding en brandstof binnenkomt. Het nadeel van een trage stofwisseling is dat je je minder fit en energiek gaat voelen. En als je wilt afvallen, lukt dat vaak niet.

Stel dat je weinig eet en niet afvalt omdat je stofwisseling vertraagd is, dan is het een heel eng idee om meer te gaan eten. Is de kans dan niet groot dat je gaat aankomen? Dat is een goede vraag en inderdaad: het is niet verstandig om ineens veel meer te gaan eten. Maar te weinig blijven eten zorgt er natuurlijk voor dat je stofwisseling te langzaam blijft en dat je je niet goed blijft voelen.

Wat je zou kunnen doen, is kijken op welk moment van de dag je honger voelt, terwijl je normaal niet eet, of al gegeten hebt. Dat is het beste moment om iets gezonds toe te voegen aan je eetpatroon. Je lichaam kan het op dat moment blijkbaar gebruiken, aangezien je honger hebt, en zal het dan niet gaan opslaan. Als je na een paar dagen of een week merkt dat je van dat extra eetmomentje niet aankomt, stelt het je vast gerust.

Vervolgens kun je rustig afwachten of je stofwisseling wat verbetert en er een nieuw moment ontstaat, dat je ook wat meer honger krijgt. Ook op dat moment kun je dan een klein beetje extra eten toevoegen. En zo bouw je je eetpatroon langzaam verder op, tot het wat normaler wordt (en je stofwisseling dus ook).

Dan nog een belangrijke toevoeging: voor een goede stofwisseling is het ook nodig dat je genoeg water drinkt, genoeg slaapt, niet teveel stress hebt en dagelijks beweegt. Misschien kun je jezelf daar ook mee verder helpen.

En een laatste opmerking: als je lang gelijnd en gejojo’d hebt, zou het kunnen dat je bepaalde knelpunten in je gewoontes hebt zitten. Als je die niet opspoort, is de kans groot dat je geen goede balans kunt vinden in je eetgewoontes en je plan voortijdig opgeeft (of laat versloffen). Ga dus op onderzoek uit! Bij ons kun je daarvoor ondersteuning vinden in de persoonlijke analyse.

Poep

Dit tekstje kan een beetje direct klinken, maar het leek me wel prettig om eens wat dingen bij hun naam te noemen. :-)

Als er bij een dier poep aan zijn anus blijft hangen, is dat niet handig. Dan kunnen zijn vijanden hem immers veel te goed ruiken! Bij een dier blijft normaal gesproken dus geen poep aan zijn kont zitten. Als je een parkietje hebt en zijn poep blijft plakken, dan is dat niet goed. Een hond? Precies hetzelfde.

Je snapt dus misschien ook dat wat wij kennen als ‘koeienvlaai’, jeweetwel, zo’n glibberige diarreeflats, waarschijnlijk betekent dat de ingewanden van een koe niet blij zijn. Een koe die gras eet, krijgt brokkelige poep. Kijk maar naar de grove paardenkeutels die je soms ziet. Gras, dus geen vlaai maar vezelige drollen. Koeien horen ook gras te eten. Daarvoor hebben ze al die magen gekregen. Geef je een koe mais en soja te eten, dan krijg je vlaaien.

En dan nu de vraag: wat valt er bij jou zelf in het toilet? En hoe gaat dat? Floept er een mooie, soepele drol met een soort S-vorm uit, waarna je bijna niet hoeft af te wegen? Of gaat het minder goed: pers je er met moeite wat harde keutels uit, of maak je koeievlaaien waarna je uitgebreid moet vegen?

Mooie drollen maken is geen prestigekwestie natuurlijk. Waarschijnlijk ziet niemand wat er bij jou uitkomt. En als je poep af en toe wat hard of zacht is, is dat ook niet zo’n punt. Maar als het bijna altijd matig tot slecht gaat, weet dan dat dat een teken is. Je lichaam is niet in optimale conditie. Kun je er iets aan doen en wil je dat misschien ook?

Drie tips waar je iets aan kunt hebben:
1. Wie te weinig water drinkt, krijgt vaak harde keutels en een slechtere stoelgang.
2. Wie te weinig vezels eet (oftewel te weinig ‘echt’ eten, met groente, fruit, volkorenbrood e.d.), krijgt vaak problemen met zijn poep (te hard of te zacht).
3. Stress en een gebrek aan slaap en ontspanning slaan vaak op je darmen.

En nogmaals: het gaat niet om je poep, maar om de verstoring bij jou vanbinnen, als je iets tekort komt. Dat goed voor jezelf zorgen je ook trots naar je creaties in het toilet zal laten kijken, is slechts een bonus.