Categorie archief: Behoeftes herkennen

Waarom doe ik dit?

Soms doe je iets waar je eigenlijk niet blij mee bent. Bijvoorbeeld een zak snoep of chips leegeten, op de bank hangen in plaats van te gaan bewegen, te laat naar bed gaan. Misschien verzucht je in zo’n geval wel eens: waarom doe ik dit toch??

Als je echt over die vraag gaat nadenken, zou je op nieuwe mogelijkheden en oplossingen kunnen stuiten. De vraag ‘waarom deed ik dit’ kun je op drie manieren benaderen:

  1. Wat is er gebeurd, dat dit gedrag bij mij getriggerd werd? Welke omstandigheden waren er, welke gebeurtenissen?
  2. Wat wilde ik hiermee bereiken? Wat voor doel had ik?
  3. Wat zit er in mijn karakter/persoonlijkheid, dat ik geneigd bent tot dit gedrag?

Deze drie soorten oorzaken leiden samen tot jouw ‘onhandige’ gewoonte. Zitten er ergens mogelijkheden om een nieuwe gewoonte aan te leren?

 

Oplossing voor het tussendoortjes-probleem

ist1_2989015_banana_2Ik hoor wel eens dat het goed lukt om drie gezonde maaltijden te regelen, maar dat mensen die tussendoortjes zo lastig vinden. Wat moet je dan eten? “Een stuk ontbijtkoek, een eierkoek, een evergreen, een sultana, een appel… maar verder? Al die koeken schijnen niet goed zo gezond te zijn als ze lijken. En van een appel gaat mijn honger niet weg.”

Wellicht heb je maar één inzicht nodig om dit probleem op te lossen:

De honger die je voelt op ’tussendoortjes-tijd’ is precies dezelfde honger als op ‘maaltijd-tijd’.

Het is hetzelfde signaal; je lichaam heeft dus precies dezelfde dingen nodig. Je kunt als tussendoortje eten wat je tijdens een maaltijd ook zou eten. Als je al vrij snel weer een maaltijd krijgt, wil je misschien alleen wat minder nemen. Zo red je het tot aan de maaltijd, maar verpest je je eetlust niet.

Luisteren naar je lichaam, hoe doe je dat?

Je kunt met je verstand vast aardig wat dingen bedenken die goed voor je zijn. Als je ook naar je lichaam luistert, krijg je aanwijzingen om dat goede gedrag op het juiste moment toe te passen. ‘Voldoende slapen is belangrijk’ (verstand) kun je dan bijvoorbeeld combineren met ‘ik voel me moe’ (signaal lichaam) en dan weet je dat je naar bed wilt.

Nu vinden veel mensen het niet meevallen om goed naar hun lichaam te luisteren. We zijn tegenwoordig meer getraind om met ons verstand bezig te zijn. Wil je beter naar je lichaam luisteren, dan kunnen de volgende drie stappen je van dienst zijn.

1. Merk een signaal op. Kies er regelmatig voor om heel even je voeten plat op de grond te zetten en te kijken of je iets nuttigs opmerkt.

2. Accepteer dat er iets is. Je lichaam (jij dus) heeft het recht om af en toe aandacht en verzorging te krijgen. ‘Nu even niet, ik ben bezig,’ kun je niet te vaak denken. Dan doe je jezelf tekort.

3. Zorg dat je krijgt wat je nodig hebt. Vooral bij de biologische basisbehoeftes van je lichaam is dit belangrijk: zuurstof, water, voedsel, slaap en aanraking. Maar als je je echt goed wilt voelen, zijn ook beweging en ontspanning belangrijk.

Word je echt goed in het herkennen van signalen van je lichaam, dan kun je zelfs geestelijke en emotionele behoeftes heel duidelijk gaan opmerken in je lijf. Een pijntje, een steek, een kriebeltje… Of tekenen dat er iets helemaal niet klopt aan de situatie waar je je in bevindt – of juist dat er iets goeds op je pad is gekomen. Je intuïtie huist immers ook in je lichaam.

Gaan alle drie de stappen meestal goed bij jou? Of zit er eentje bij die je de komende tijd meer aandacht wilt geven?

“Ik vind het gewoon heel lekker” – wat moet je dan?

Stel dat er eten of drinken bestaat dat je heel lekker vindt. Bijvoorbeeld chocolade, kaas of wijn. Je neemt dat regelmatig, misschien zelfs elke dag, omdat je het zo lekker vindt. Maar je wilt niet te dik worden. Moet je nu je lekkers afstaan?

Als je het gevoel hebt dat je (al je) plezier moet inleveren om te kunnen afvallen, is de kans groot dat je heen en weer gaat zwalken tussen streng zijn en dan weer doorslaan in je oude gewoontes.

Wat je zou kunnen helpen, is nog eens kijken naar dat wat je zo lekker vindt. Er zijn verschillende manieren waarop iets lekker kan zijn, bijvoorbeeld:

  1. Je concentreert je op de smaak in je mond en proeft echt (wordt na een paar happen/slokken minder interessant, dus leidt niet tot veel eten of drinken);
  2. Je zegt tegen jezelf dat het zo heerlijk is dat je dit mag eten/drinken (wil je mee doorgaan, je wilt jezelf ‘vol maken, vervullen’ en even weg zijn van eisen en verplichtingen);
  3. Je creëert een ritueel om het voor jezelf leuk of gezellig te maken, waar het eten of drinken bij hoort (wil je mee doorgaan, want als je stopt wordt het weer saai);
  4. Je leidt jezelf af van vervelende dingen (stress, vermoeidheid, verdriet, teleurstelling, etc.) en het is lekker om die even niet te hoeven voelen (wil je mee doorgaan, want zodra je stopt is het vervelende gevoel weer terug).

Mensen denken vaak dat het het eerste is, maar als ze er een beetje induiken, blijkt het een van die andere dingen te zijn. En als het een van die andere dingen is, is je echte behoefte niet dat eten of drinken. Waarschijnlijk is er dus een betere manier om te krijgen wat je zoekt.

Bij punt 2 zou het kunnen zijn dat je meer ruimte nodig hebt voor jezelf of meer ontspanning in je dagen zoekt. Bij punt 3 kun je bijvoorbeeld behoefte hebben aan meer echt contact, een prettige omgeving of meer plezier. Bij punt 4 is er iets aan je leven wat je niet bevalt en moet je erachter komen wat dat is zodat je weer rust krijgt. Of je bent bang voor vervelende gevoelens en moet leren dat je die kunt overleven.

Afvallen met de zeven deugden

afvallen dieet afslanken lijnen hormonen hormoonfactorInspiratie voor blijvend afslanken kun je overal vinden. Zo kwam ik waterfietsend in de Utrechtse grachten gisteren gebeeldhouwde stenen tegen die de zeven deugden uitbeeldden. Hier volgen suggesties hoe je ze kunt toepassen op het onderwerp afvallen.

1. Wijsheid (voorzichtigheid, verstandigheid): laat je niet meevoeren door een extreem dieet zonder goede fundering. Kies nieuwe gewoontes die bij jou passen en oefen ze één voor één.

2. Rechtvaardigheid: zorg net zo goed voor jezelf als voor anderen. ‘Wat gij niet wilt dat een ander geschiedt, doe dat ook u zelve niet.’ ;-)

3. Gematigdheid (zelfbeheersing): doe dingen waarvan je weet dat je je er nu goed bij voelt, maar over een uur of over een dag nog steeds. Gebruik je discipline om echt te genieten van eten en andere plezierige dingen, in plaats van ‘los te gaan’ en jezelf wijs te maken dat je dat verdiend hebt (of dat het toch geen zin heeft om goed voor jezelf te zorgen).

4. Moed (kracht, standvastigheid): weet dat een nieuw lichaam opbouwen tijd kost. Kies heldere doelen die echt iets voor je betekenen en sta daarvoor. Als je onderuit gaat, krabbel je weer overeind.

5. Geloof: kies ervoor om in jezelf te geloven. Niemand anders kan dat voor je doen. En alleen als je vertrouwt op jezelf, ben je in staat om dingen succesvol aan te pakken.

6. Hoop: durf te hopen op een goed leven. Wees positief over jezelf en de uitkomsten van je inspanningen.

7. Liefde: maak gezonde keuzes omdat je jezelf gunt dat je je fit, aantrekkelijk en ontspannen voelt. Omdat je meer jezelf wilt zijn. Niet omdat je nu niet mooi of leuk genoeg bent en een ander mens moet worden. Gun anderen hun eigen keuzes.

Spreken de zeven deugden je niet aan, dan vind je in je omgeving vast iets anders om inspiratie uit op te doen. Veel plezier!

Het moet op!

Het gebeurt nogal eens dat mensen dooreten als ze niet meer hoeven. Want het moet op!

Moet het op? Waarom eigenlijk? Nou, bijvoorbeeld hierom:

  1. Het moet op, want anders is het zonde dat dit eten verspild wordt.
  2. Het moet op, want anders word ik zo onrustig van dat snoep dat er staat en dan moet ik er steeds aan denken en dan eet ik het op.
  3. Het moet op, want ik heb het speciaal voor jullie gemaakt omdat ik jullie wilde verwennen.
  4. Het moet op, want anders krijg ik straks honger.

Als je goed kijkt, zijn het allemaal kromme redeneringen:

Bij punt 1: Als niemand dit eten meer hoeft, is het toch sowieso zonde dat er eten is waar niemand wat aan heeft? Dat is al pech, maar als ik het dan ook nog op moet eten is het dubbel pech. En als ik er dan te dik van word, heb ik drie keer pech.

Bij punt 2: Je zegt nu: ik ben bang dat ik dit allemaal op ga eten en om dat te voorkomen eet ik het maar meteen allemaal op.

Bij punt 3: Valt tegen mijn zin door moeten eten ook onder verwennen?

Bij punt 4: Dan is de oplossing toch om de rest van dit eten te bewaren voor het geval je straks honger krijgt?

Wie heeft er nog een andere reden om iets op te maken? Dan kunnen we kijken of we er eentje kunnen vinden die wel klopt.

Tips om op tijd naar bed te gaan

(Een stukje over slapen?! Denk je nu: ik weet wel dat ik moe ben, maar het gaat me nu even om het afvallen, waarom gaat het daar niet over? Te weinig slaap is een oorzaak van aankomen en te zwaar blijven. Je hormoonhuishouding raakt erdoor ontregeld, waardoor je meer vet opslaat en meer zin krijgt in zoetigheid en ander ongezond voedsel (en dranken). Daarnaast heb je minder energie om eten klaar te maken en te bewegen en minder wilskracht om stil te staan bij de keuzes die je maakt.)

Op tijd naar bed gaan heeft zo zijn voordelen. Je hebt meer energie, bent vrolijker, maakt betere keuzes, bent productiever, je lichaam is fitter en draait lekker… en toch gaat een groot deel van de Nederlanders te laat naar bed. Niet voor een keertje, omdat het zo gezellig is die ene avond, maar structureel.

Mocht je daar graag wat aan willen doen, dan zul je het slim moeten aanpakken. Gewoontes veranderen is immers lastig en dat geldt al helemaal als je moe bent. Misschien helpt een van de volgende tips je:

  • Bedenk ’s ochtends als je opstaat hoe je de volgende ochtend graag zou voelen. Stel je dat zo levendig mogelijk voor. Haal het ook ’s avonds weer terug in je gedachten.
  • Besluit voordat het avond is al wat je die avond graag wilt doen en bereid dat voor. Anders beland je geheid weer voor de tv, achter de computer of in een andere gewoonte – en bij die gewoonte hoort ook je late bedtijd.
  • ‘Verstoor’ je avondpatroon een beetje. Leg dingen op een andere plek, kies een andere volgorde… daardoor beland je niet in automatismen en kun je ook je bedtijd kiezen.
  • Bepaal niet alleen je bedtijd, maar ook het tijdstip dat je wilt gaan afbouwen en voorbereiden op het slapen. Daar hebben de meeste mensen minimaal een half uur voor nodig. Zowel praktisch (opruimen, dingen klaarleggen voor ’s ochtends) als lichamelijk. Zet eventueel een alarm om jezelf erop te wijzen dat het ‘al zo laat is’.
  • Haal afleiding weg uit je slaapkamer. Nee, niet je partner. ;-) Wel dingen als stapels wasgoed, je mobiele telefoon, een tv… die zorgen ervoor dat je hoofd actief wordt in plaats van rustig.
  • Bedenk welke dingen belangrijker voor je zijn dan slapen. Andere dingen horen je slaaptijd niet op te slokken.
  • Als die dingen echt belangrijk zijn, probeer ze dan ook overdag al meer aandacht te leren geven. Dat haalt de druk van de avond af.

Zelfstudieles: honger voelen

Als je niet weet wanneer je honger hebt, is het lastig om te bepalen wanneer het tijd is om te eten. Veel mensen zijn niet meer gewend om de signalen op te pikken. We zijn immers vaak met ons verstand aan het werk en daardoor te druk om naar onze maag te luisteren. Deze opdracht zet je aan het werk om dat beter te gaan doen.

Doelen van deze Weg met de Weegschaal zelfstudieles:

  • Je weet hoe honger voelt, zodat je dat signaal beter op kunt pikken.
  • Je weet hoeveel tijd na een maaltijd je weer honger hebt (zodat je je etenstijden daar zo goed mogelijk op kunt afstemmen).

Dit is een les voor één week. Je berichten komen per e-mail.

Let op: als je een nieuwe zelfstudieles start, worden de berichten van een eventuele vorige les gestopt, zodat je kunt focussen op één onderwerp.

Terug naar het overzicht van zelfstudielessen.

Als je wilt afvallen, moet je toch minder eten?

Een vraag die ik regelmatig krijg: Als het mij lukt om helemaal in balans te komen en alleen de voeding te nemen die mijn lijf nodig heeft (niet meer en niet minder), hoe kan ik dan afvallen? Blijf ik dan niet gewoon alleen stabiel in mijn gewicht? Ik zal uiteindelijk toch minder calorieën moeten nemen en meer moeten verbranden om gewicht te verliezen?

Klinkt logisch! Moet je dus expres te weinig gaan eten om af te vallen? Het antwoord is: nee, je moet wel stoppen met teveel eten, maar je moet zeker ook geen honger gaan lijden.

De gedachtegang van deze vraag ontstaat als je eten en je gewicht als een rekensommetje gaat beschouwen: als je x calorieën teveel eet, kom je y kilo aan en als je x calorieën minder eet, val je y kilo af. Die benadering wordt vaak gekozen. Alleen klopt hij niet. Je lichaam doet niet aan wiskunde, maar aan biologie. ;-)

Je lichaam slaat vet op om te overleven. Hoe meer onzekerheid er is, des te meer reserves wil je lichaam hebben. Net als mensen die in onzekere tijden leven en die proberen om geld te bewaren op allerlei plekken. Als je je lichaam consequent goed verzorgt (o.a. genoeg eten, water, zuurstof en rust, niet teveel stress en gifstoffen die verwerkt moet worden), neemt de onzekerheid af en dus de behoefte aan vetreserves.

Een voorbeeld: mensen vallen soms af als ze eindelijk genoeg gaan slapen, zelfs als ze niets aan hun calorie-inname of hun beweegpatroon veranderen. Je lichaam kan immers ook van binnen veranderen. En als je stofwisseling en/of je hormoonhuishouding beter gaat draaien, worden de voedingsstoffen en de brandstof die binnenkomen beter verwerkt. Dat kun je vergelijken met een weg waar evenveel auto’s overheen rijden, maar waar de verkeerslichten, de invoegstroken en de kruispunten verbeterd worden. Die gaat beter doorstromen en krijgt minder file.

Dit neemt natuurlijk niet weg dat iemand die teveel eet, zal aankomen. En iemand die weinig beweegt, houdt een slechtere stofwisseling en een slechtere conditie, waardoor je minder energie verbruikt en dus zwaarder blijft. Maar ook dat is eerder biologie dan wiskunde.

1 2 3 4 5