Kriebel

Ik heb een muggenbult. Hij kriebelt enorm. Ik weet dat ik beter niet kan krabben, want dan wordt hij groter en wordt de kriebel erger. Maar ik moet er echt aan krabben, want de jeuk is niet te harden.

(krabkrab)

Hè, dat lucht op. Pffft.

Oh, nu begint hij alweer te kriebelen. Nog een keer krabben!
Hm, nou is hij rood en opgezwollen en wordt het alleen maar erger. Ik had beter niet kunnen krabben. Stom.

Aaarggghhh. Nog maar eens krabben?

– – – – –

Het belangrijkste zinnetje in het voorgaande stukje is misschien wel: “ik moet er echt aan krabben, want de jeuk is niet te harden”. Daarmee zei ik tegen mezelf: ik heb geen keuze.

Hetzelfde doen mensen vaak als ze zin hebben in eten/snoepen als ze geen honger hebben. Ze vertellen zichzelf dat de onrust die ze voelen ondraaglijk is. En zo voelt het ook! Maar dat je geen keuze hebt, dat de onrust sterker is dan jij – dat is niet waar. De vergelijking met de muggenbult gaat heel goed op. Denk er maar eens over na.

(De online les over onrust anders opvangen gaat hier trouwens verder op in.)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *